Stadsdichter Zeist mei 2016 - mei 2018
Op 6 mei 2016 zette ik mijn handtekening onder het contract met de Stichting Literaire Activiteiten Zeist (SLAZ) voor de duur van 2 jaar. Op verzoek van de Gemeente heeft de SLAZ mijn opdracht inmiddels met een jaar verlengd. Een belangrijk onderdeel van mijn takenpakket als Stadsdichter is elk jaar minstens 4 gedichten te schrijven die 'Zeist-gerelateerd' zijn. Hieronder het overzicht van mijn productie-in-wording...
Maar eerst 2 interessante websites die hier de voedingsbodem voor zijn:
- www.literairzeist.nl (voor alle literaire activiteiten in Zeist van de SLAZ)
- www.taalpodium.nl (regionale vereniging voor dichters en prozaschrijvers)
Maar eerst 2 interessante websites die hier de voedingsbodem voor zijn:
- www.literairzeist.nl (voor alle literaire activiteiten in Zeist van de SLAZ)
- www.taalpodium.nl (regionale vereniging voor dichters en prozaschrijvers)
Stadsgedichten
9 maart 2019:
plaatsing van mijn laatste gedicht als Stadsdichter van Zeist.
In hotel Kerckebosch exposeert de Stichting De Zilver-Kamer een belangrijk deel van haar collectie zilverwerk van de Zilverstad die Zeist eens was. Fabrieken met bekende namen: van Kempen en Begeer, Gero en Sola. Bestuurslid van de Stichting en oud-gemeentearchivaris Pierre Rhoen vroeg of ik een gedicht voor de Zilver-Kamer wilde schrijven. Hij bleek een zeer deskundige en enthousiaste informatiebron die mij - na een rondgang langs de expositie - vroeg mee te gaan naar een beeld van Pieter d'Hont in het deel van Zeist waar vroeger arbeiders van de Gero-fabriek woonden: Gerodorp.
Half februari 2019 - Rituals begreep een ritueel niet:
Of ik een geveltekst wilde maken voor de eerste winkel in de Slotlaan (1893). Drie generaties lang bleek die drogisten-familie dezelfde gewoonte te
hebben gehad (tot 1973, toen stopte de winkel). Als ze onder de adrenaline zaten dankzij een irritante klant, liepen ze de achterdeur uit... daar stond
een bak met oud serviesgoed.... Kortom, mijn tekst was snel duidelijk. Er werd een beeldend kunstenaar bij gezocht (Martijn Schoemaker), maar de
huidige gebruiker van het pand (de firma Rituals) wilde geen kunst op haar winkelgevels. Dus kijkt u hier naar kunst die niet bestaat:
13 april: mijn stadsgedichten!!!
Omslag:
23 november 2018 - heropening park Hogeweg Zeist:
Toen ik hoorde dat ook het parkje aan de Hogeweg vernieuwd zou worden en er een groot standbeeld (Eden van Ram Katzir) zou komen, vertelde ik dat ik van iemand uit Zeist een gedichtje kende, dat mijns inziens helemaal bij dit park hoort. De Gemeente heeft dat idee overgenomen. Daar ben ik om twee redenen heel blij mee: de dichteres is vrijwel vergeten en de zwerver die zij beschreef ook. Wie al wat langer in Zeist woont, moet hem wel eens gezien hebben in het Walkartpark, of in het van Lennep-park en in het parkje aan de Hogeweg. Zijn hele huisraad hing aan zijn fiets en zelf was hij steeds in gesprek met onzichtbare partners... Er zijn nog Zeistenaren die menen te weten hoe hij heette: van Giesbergen... Frits?
De in Zeist wonende Wijnie van Vliet nam in 2004 deel aan een literaire schrijfcursus in de Werkschuit (nu Kunstenhuis). Er verscheen na afloop een boekje met resultaten van de cursus - daar staat haar gedichtje in. Voor zover bekend heeft Wijnie verder weinig gepubliceerd - wel heeft ze in 2010 nog een variant van hetzelfde gedicht ingestuurd voor de LiteratuurPrijs Zeist. Het werd opgenomen in de betreffende gedichtenbundel die als titel heeft: "Woorden harder dan tijd". Nu zijn Wijnie's woorden aangebracht in steen. Hopelijk zijn ze inderdaad harder dan de tijd en is daarmee in het park een klein monumentje ontstaan "tegen het grote vergeten" - ook tegen het vergeten van mensen die soms voor hun dood al uit beeld zijn...
De 'heropening' van het park is op vrijdag 23 november 2018.
De in Zeist wonende Wijnie van Vliet nam in 2004 deel aan een literaire schrijfcursus in de Werkschuit (nu Kunstenhuis). Er verscheen na afloop een boekje met resultaten van de cursus - daar staat haar gedichtje in. Voor zover bekend heeft Wijnie verder weinig gepubliceerd - wel heeft ze in 2010 nog een variant van hetzelfde gedicht ingestuurd voor de LiteratuurPrijs Zeist. Het werd opgenomen in de betreffende gedichtenbundel die als titel heeft: "Woorden harder dan tijd". Nu zijn Wijnie's woorden aangebracht in steen. Hopelijk zijn ze inderdaad harder dan de tijd en is daarmee in het park een klein monumentje ontstaan "tegen het grote vergeten" - ook tegen het vergeten van mensen die soms voor hun dood al uit beeld zijn...
De 'heropening' van het park is op vrijdag 23 november 2018.
Hieronder sta ik met de dichteres te luisteren naar de wethouder van Cultuur, Marcel Fluitman. Een ogenblik eerder las hij haar gedicht voor en kreeg ze een bos bloemen van hem. Het beeld van Ram Katzir werd daarna onthuld... Mel Boas maakte de foto.
30 Oktober 2018: Parade der Poëten:
Foto Mel Boas
Op deze dinsdagavond was de afronding van de Parade der Poëten in Utrecht. Een poëzieproject in het kader van het Europees jaar van het Cultureel Erfgoed. Dichters werd gevraagd gedichten te schrijven over historisch erfgoed in de provincie. Als Stadsdichter droeg ik een gedicht bij over Slot Zeist. Hierbij...
Amice,
Aan Willem Adriaan van Nassau,
heer van Odijk en Kortgene
Dat Slot van U staat er nog steeds
- het is een wonder!
Een kleiner wonder is:
dat U het kon laten bouwen,
want Uw gokschulden wist U
behendig te compenseren
met Uw gedrag van samenzweren
en de Zeeuwen een belastingpoot
uitdraaien waar ook de Stadhouder
niet echt blij mee was.
Hij liet U begaan, evenals
met Uw onterechte familiewapen
en de titel die U koos:
heer van Odijk – dat was uw broer…
Twee generaties later
ging Uw nageslacht nog steeds gebukt
onder de van U geërfde schuldenlast
die het tenslotte dwong
tot verkoop van Uw Slot
aan een ijzerboer met centen
en een godvruchtig hart:
hij schonk een deel van het kasteel
en van Uw Franse tuinen
aan mensen met geloof en geestesmoed
Door opeenvolgende bewoners
werd Uw Slot bewoond, als opslagplaats
gebruikt, verhuurd en weer gerestaureerd.
Uw Franse tuinen werden Engels
en alles ging tenslotte naar een sloper
die er huizen wilde bouwen.
De Gemeente Zeist verhoedde dit
en tracht Uw erfgoed
nu te exploiteren – dat valt niet mee:
de hedendaagse opvolger van Uw Heer
knijpt in deze tijd geen oogje dicht
– Zeist wordt niet in staat gesteld
de Zeeuwen eveneens belasting op te leggen...
Op deze dinsdagavond was de afronding van de Parade der Poëten in Utrecht. Een poëzieproject in het kader van het Europees jaar van het Cultureel Erfgoed. Dichters werd gevraagd gedichten te schrijven over historisch erfgoed in de provincie. Als Stadsdichter droeg ik een gedicht bij over Slot Zeist. Hierbij...
Amice,
Aan Willem Adriaan van Nassau,
heer van Odijk en Kortgene
Dat Slot van U staat er nog steeds
- het is een wonder!
Een kleiner wonder is:
dat U het kon laten bouwen,
want Uw gokschulden wist U
behendig te compenseren
met Uw gedrag van samenzweren
en de Zeeuwen een belastingpoot
uitdraaien waar ook de Stadhouder
niet echt blij mee was.
Hij liet U begaan, evenals
met Uw onterechte familiewapen
en de titel die U koos:
heer van Odijk – dat was uw broer…
Twee generaties later
ging Uw nageslacht nog steeds gebukt
onder de van U geërfde schuldenlast
die het tenslotte dwong
tot verkoop van Uw Slot
aan een ijzerboer met centen
en een godvruchtig hart:
hij schonk een deel van het kasteel
en van Uw Franse tuinen
aan mensen met geloof en geestesmoed
Door opeenvolgende bewoners
werd Uw Slot bewoond, als opslagplaats
gebruikt, verhuurd en weer gerestaureerd.
Uw Franse tuinen werden Engels
en alles ging tenslotte naar een sloper
die er huizen wilde bouwen.
De Gemeente Zeist verhoedde dit
en tracht Uw erfgoed
nu te exploiteren – dat valt niet mee:
de hedendaagse opvolger van Uw Heer
knijpt in deze tijd geen oogje dicht
– Zeist wordt niet in staat gesteld
de Zeeuwen eveneens belasting op te leggen...
21 September 2018 - Algemeen Dagblad:
Totems symboliseren verbondenheid met natuur in Zeister wijk Kerckebosch
Met een estafette-gedicht van de Zeister stadsdichter Henjo Hekman zijn vanmiddag de laatste vier totems in de Zeister vernieuwingswijk Kerckebosch onthuld. Het gaat om totems bij de praktijkschool van Seyster College, Huize Hoog Kerckebosch, een wooncomplex van Kwintes en de entree van Utrechts Landschap.
© Boas Photo
Anneke Leeuwenkamp (67) woont in Huize Hoog Kerckebosch. Ze heeft speciaal een kamer aan de voorzijde van het huis gekregen, want dan kijkt ze uit op het schoolplein van basisschool De Stuifheuvel. Ze was als lerares verbonden aan katholieke basisschool Sint Paulus, die op de plek stond van de huidige Stuifheuvel. „Ik geniet elke dag van de spelende kinderen. Nu is daar een totem bijgekomen om te bekijken. De totem is mooi. Volgens mij kan ik hem wel zien vanaf mijn kamer.’’
Paul Keizer is een van twee de kunstenaars van het kunstproject Fabulous Forest. De in totaal elf totems die in de wijk zijn geplaatst, vallen onder dit project. „Toen we hier mee begonnen, hebben we zestien ontwerpen gemaakt. Wat ons betreft hoeft het hier niet te stoppen. Maar dat is natuurlijk aan de opdrachtgever. Met de totems willen we iedereen met elkaar verbinden. Er zijn bomen gekapt om woningen te bouwen, die wilden we teruggeven aan de wijk.”
Utrechts Landschap
Natuurbeheerder Utrechts Landschap heeft ook een totem gekregen. Op de plek waar je straks het door Utrechts Landschap beheerde natuurgebied in trekt, staat een totem met een silhouet van een ree afgebeeld. Het dier is ook terug te vinden in het logo van Utrechts Landschap.
Boswachter Rob Veenbrink is verantwoordelijk voor het gebied. Daar waar ooit bos was, staan nu woningen, maar de wijk is volgens hem nog steeds bijzonder groen. De totempalen staan volgens hem symbool voor het terugbrengen van de natuur in de wijk. Door de bouw hebben veel dieren volgens hem tijdelijk elders hun heil gezocht. „We zien inmiddels weer sporen van reeën. Op Amerikaanse eiken zien we alweer vraatsporen. Een ree in de achtertuin heeft ook consequenties. Die consequenties moet je ook accepteren als je hier woont. Ze kunnen aan je planten vreten.” Volgens Veenbrink zijn er ook al vossen gezien en is de das ook niet meer ver uit de buurt.
Anneke Leeuwenkamp (67) woont in Huize Hoog Kerckebosch. Ze heeft speciaal een kamer aan de voorzijde van het huis gekregen, want dan kijkt ze uit op het schoolplein van basisschool De Stuifheuvel. Ze was als lerares verbonden aan katholieke basisschool Sint Paulus, die op de plek stond van de huidige Stuifheuvel. „Ik geniet elke dag van de spelende kinderen. Nu is daar een totem bijgekomen om te bekijken. De totem is mooi. Volgens mij kan ik hem wel zien vanaf mijn kamer.’’
Paul Keizer is een van twee de kunstenaars van het kunstproject Fabulous Forest. De in totaal elf totems die in de wijk zijn geplaatst, vallen onder dit project. „Toen we hier mee begonnen, hebben we zestien ontwerpen gemaakt. Wat ons betreft hoeft het hier niet te stoppen. Maar dat is natuurlijk aan de opdrachtgever. Met de totems willen we iedereen met elkaar verbinden. Er zijn bomen gekapt om woningen te bouwen, die wilden we teruggeven aan de wijk.”
Utrechts Landschap
Natuurbeheerder Utrechts Landschap heeft ook een totem gekregen. Op de plek waar je straks het door Utrechts Landschap beheerde natuurgebied in trekt, staat een totem met een silhouet van een ree afgebeeld. Het dier is ook terug te vinden in het logo van Utrechts Landschap.
Boswachter Rob Veenbrink is verantwoordelijk voor het gebied. Daar waar ooit bos was, staan nu woningen, maar de wijk is volgens hem nog steeds bijzonder groen. De totempalen staan volgens hem symbool voor het terugbrengen van de natuur in de wijk. Door de bouw hebben veel dieren volgens hem tijdelijk elders hun heil gezocht. „We zien inmiddels weer sporen van reeën. Op Amerikaanse eiken zien we alweer vraatsporen. Een ree in de achtertuin heeft ook consequenties. Die consequenties moet je ook accepteren als je hier woont. Ze kunnen aan je planten vreten.” Volgens Veenbrink zijn er ook al vossen gezien en is de das ook niet meer ver uit de buurt.
Tot zover het AD-artikel van Jan Dankbaar. Het gedicht droeg ik een jaar eerder - op 28 september - ook voor:
De dieren van Kerckebosch
Op een mooie middag in het Binnenbos
nam Eekhoorn een kopje eikeltjesthee.
Naast hem zat zijn nieuwe buurman Vos,
die dronk gezellig een kop met hem mee.
Ze hadden ‘t over het Kerckebosch:
was dit nu wel, of was dit nu wee?
Want de dieren zaten goed in hun vel,
maar… waren de mensen net zo tevree?
Buurman Uil kwam binnen en schoof aan;
hij luisterde even naar het pratende stel
en zei: ‘De wijk is flink op de schop gegaan,
dat ging veel mensen een beetje te snel… ‘
Voor Kikker, die stil zat te lezen, was dit ‘t sein
om z’n keel te schrapen. Hij kwaakte: ‘Heren,
verandering is nooit voor iedereen fijn
– dat heb ik als dikkopje zelf moeten leren!’
De Eekhoorn, de Kikker, de Uil en de Vos
betaalden hun drankjes en liepen naar buiten;
daar zat op een tak in een nieuw Kerckebosch
vriend Kraai heel vals en treurig te fluiten.
‘Wat doe je toch, Kraai?’, vroegen de dieren.
‘Ach, alles moet nieuw, dus ook mijn gekras…’
zei hij bedroefd. ‘Nou… als je ons wilt plezieren:
kras dan maar gauw, zoals jouw kras altijd was!’
En zo gingen vijf vrienden tezamen de wijk in
met een hand in een poot en een poot in een vlerk;
ze zagen de mensen er wonen: armen en rijken
en vonden een bibberend Hertje achter een berk.
Het fluisterde: ’Mensen? Die doen soms zó raar…
Wíj leven hier samen tussen struiken en dennen,
maar zij wonen binnen en meestal apart van elkaar:
hoe kunnen ze wennen, zonder de ander te kennen?
Zo stonden zes dieren heel diep in gedachten…
en hoorden gekrabbel uit het hol naast de boom:
daar kwam Konijn. Hij zei: ‘Waarop nog wachten?
Bel aan… en maak ze wakker voor onze droom!’
Dus gingen de dieren op pad langs de huizen
en belden met hun verhaal bij iedereen aan:
wie open deed stond met z’n oren te suizen.
Nu wachten de dieren op hoe het verder zal gaan...
De dieren van Kerckebosch
Op een mooie middag in het Binnenbos
nam Eekhoorn een kopje eikeltjesthee.
Naast hem zat zijn nieuwe buurman Vos,
die dronk gezellig een kop met hem mee.
Ze hadden ‘t over het Kerckebosch:
was dit nu wel, of was dit nu wee?
Want de dieren zaten goed in hun vel,
maar… waren de mensen net zo tevree?
Buurman Uil kwam binnen en schoof aan;
hij luisterde even naar het pratende stel
en zei: ‘De wijk is flink op de schop gegaan,
dat ging veel mensen een beetje te snel… ‘
Voor Kikker, die stil zat te lezen, was dit ‘t sein
om z’n keel te schrapen. Hij kwaakte: ‘Heren,
verandering is nooit voor iedereen fijn
– dat heb ik als dikkopje zelf moeten leren!’
De Eekhoorn, de Kikker, de Uil en de Vos
betaalden hun drankjes en liepen naar buiten;
daar zat op een tak in een nieuw Kerckebosch
vriend Kraai heel vals en treurig te fluiten.
‘Wat doe je toch, Kraai?’, vroegen de dieren.
‘Ach, alles moet nieuw, dus ook mijn gekras…’
zei hij bedroefd. ‘Nou… als je ons wilt plezieren:
kras dan maar gauw, zoals jouw kras altijd was!’
En zo gingen vijf vrienden tezamen de wijk in
met een hand in een poot en een poot in een vlerk;
ze zagen de mensen er wonen: armen en rijken
en vonden een bibberend Hertje achter een berk.
Het fluisterde: ’Mensen? Die doen soms zó raar…
Wíj leven hier samen tussen struiken en dennen,
maar zij wonen binnen en meestal apart van elkaar:
hoe kunnen ze wennen, zonder de ander te kennen?
Zo stonden zes dieren heel diep in gedachten…
en hoorden gekrabbel uit het hol naast de boom:
daar kwam Konijn. Hij zei: ‘Waarop nog wachten?
Bel aan… en maak ze wakker voor onze droom!’
Dus gingen de dieren op pad langs de huizen
en belden met hun verhaal bij iedereen aan:
wie open deed stond met z’n oren te suizen.
Nu wachten de dieren op hoe het verder zal gaan...
30 augustus 2018: afscheid van Tom van Boggelen.
Tom was de eerste gemeenteambtenaar die mij in mijn functie van Stadsdichter aansprak: "Kunt u ook een gedicht schrijven bij de her-opening van een kruispunt?" Een ongebruikelijke uitdaging, maar zeer de moeite waard... Als dank heb ik geprobeerd poëzie te maken van zijn vakjargon...
Landschapsmanager
Voor Tom van Boggelen
bij zijn afscheid van de Gemeente Zeist
op donderdag 30 augustus 2018.
Ontwerpteam, samenwerking, adviseur,
bewonersgroep, mobiliteit, sanering,
verbreding, veiligheid, budget, fasering,
Rijkswaterstaat, beplanting, controleur.
Verkeerslicht, software, asfalt, rapporteur,
termijnstaat, toezichthouder, riolering,
projectplan, opdrachtgever, wegmarkering,
constructie, kruispunt, tunnel, inspecteur.
Participatie, milieu, Gemeenteraad,
besluitvorming, projectadministratie,
directievoerder, kopieerapparaat.
Parkeervak, Freesmij, regelinstallatie,
contractbeheer en procesresultaat….
met dank aan Tom voor de organisatie!
21 juli 2018 - De Ashtonia-parade door Zeist...
De Dichterskraam op het Ashtonia-terrein was voor 15 dichters - 35 avonden in wisselende duo's - niet alleen een uitdaging, maar ook een groot succes! We waren ook vertegenwoordigd bij de afrondende Parade. Zelf zat ik in een Lomax-autootje (dat het halverwege de tocht begaf van de hitte... luchtgekoelde motor, maar die hete zomerlucht koelt dus niet en als je dan constant in z'n 1 rijdt...). Frans van den Akker en Hanneke Verbeek mochten de E-bakfiets van het Abrona-restaurant "Bij Johannes" lenen en haalden daarmee de Regio-katern van het AD (dank aan fotografen Menno Bausch en - AD - Mel Boas)!
De Dichterskraam op het Ashtonia-terrein was voor 15 dichters - 35 avonden in wisselende duo's - niet alleen een uitdaging, maar ook een groot succes! We waren ook vertegenwoordigd bij de afrondende Parade. Zelf zat ik in een Lomax-autootje (dat het halverwege de tocht begaf van de hitte... luchtgekoelde motor, maar die hete zomerlucht koelt dus niet en als je dan constant in z'n 1 rijdt...). Frans van den Akker en Hanneke Verbeek mochten de E-bakfiets van het Abrona-restaurant "Bij Johannes" lenen en haalden daarmee de Regio-katern van het AD (dank aan fotografen Menno Bausch en - AD - Mel Boas)!
2 juni 2018: Asthonia - Poëzie ter plekke...
Voorafgaand aan 37 voorstellingen in de maanden juni en juli mocht ik dichters uitnodigen om op het Asthonia-terrein - achter Slot Zeist - "ter plekke" voor bezoekers gedichten te schrijven. De ochtend voor mijn eigen 'debuut' op 2 juni viel mij onderstaand gedichtje in. Verder nog wat foto's...
Met Hanneke Verbeek en Anneke van Schaik... groot succes met wonderlijke verzoeken: kunt u een gedicht schrijven over mijn moeder die vanavond op onze kinderen past? Ik ben Wadloop-gids, kunt u daar iets over...? Mijn dochter is net hier op het Asthonia-terrein ten huwelijk gevraagd... ? Heeft u een gedicht over de sfeer hier? Wij gaan verbouwen, kunt u daar wat mee? Schrijft u 's een gedicht over de Bengaalse wijngaardslak...
*
Voor een leuk verslag van dit poëzieproject - zie de website van het Taalpodium: www.taalpodium.nl onder de titel: Dichters in het land Ashtonia...
26 mei: 25 jaar Gilde Zeist...
Het Gilde Zeist begon 25 jaar geleden met haar rondleidingen door Zeist. Ook werd de Zomerschool gestart voor wie in de zomerperiode lezingen en/of cursussen rond velerlei onderwerpen wil volgen. Daarnaast worden er coaching trajecten aangeboden om jong en oud, autochtoon en allochtoon bij school en samenleving betrokken te houden. De organisatie bestaat in 2018 uit ongeveer 300 vrijwilligers. Voor de jubileumbijeenkomst op 26 mei schreef ik onderstaand gedicht. Omdat ik zelf niet aanwezig kon zijn werd het gedicht voorgedragen door Ronald van Gemeren (dank je, Ronald!). De foto is van Karst Schuring.
10 maart 2018: opleverfeest Beukbergen!
'Opleverfeest' van het vernieuwde (en grootste woonwagencentrum van West-Europa) Beukbergen in Zeist. Of ik als stadsdichter ter gelegenheid daarvan een gedicht...
Tenzij anders vermeld zijn onderstaande afbeeldingen afkomstig uit de gelegenheidsuitgave "Beukbergen, een gewone wijk met een bijzonder karakter".
11 januari 2018: netwerkborrel Zeist-West.
In het wijkcentrum De Clomp organiseerde de Gemeente Zeist een 'netwerkborrel' voor ieder die zich 'beroeps-, ambts-, of vrijwilligers-halve' inzet voor de wijk Zeist-West. Doelstelling: meer samenwerking ten behoeve van de wijk. Of ik daarbij een passend gedicht wilde verzorgen - zie hieronder:
Netwerkborrelpoëzie Bij de netwerkbijeenkomst voor de wijk Zeist-West op 11 januari 2018 Daar sta je dan: glas in de hand en iedereen om je heen verdekt opgesteld in een woud van stemmen niemand ondertiteld, dat wordt overleven… Denk aan je netwerk-handboek: “Verzin geen list, grijp niet naar een kapmes om je een pad door de taal te slaan, loop gewoon op iemand af, geef een hand en vraag: wat wil jíj bereiken? Luister, ja, luister en luister, kijk dan de ander aan en zeg: kan ik iets voor je doen?” De rest is borrelpraat, of een vette netwerkbitterbal: er ontstaat samen iets dat er alleen niet is - alleen is een oerwoud waarin je niet kunt klinken! |
Foto: Marita van de Koevering
|
26 november: Een lintje voor Fred Penninga!
Foto: Mariet Lems
Fred Penninga,
bestuurslid van Literair Zeist en vanaf 2011 adviseur, ontving voor zijn vrijwilligerswerk voor o.a. Taalpodium Utrecht/Zeist en Literair Zeist donderdagmiddag 22 november 2017 in Utrecht een koninklijke onderscheiding (lid in de Orde van Oranje-Nassau). Ik schreef dit gedicht voor hem en las dat zondagmiddag 26 november voor bij de Taalpodium-bijeenkomst in theater De Egeling in Zeist (Kunstenhuis). CV-sonnet voor Fred Jij, die heel graag dicht en schrijft en declameert en bijwijlen op de bühne heimelijk staat te hopen dat er niet teveel collega’s onzin gaan verkopen op de literaire avond die jij blijmoedig presenteert… jij, die als jurylid zo menig manuscript hebt doorgespit – opdat ook Zeist haar Literaire Prijs kon uitserveren – om vervolgens ‘Utereg’ als Dichtersgilde-lid te imponeren met op- en neergewekte verzen van een woordensmid… Taalpodium, cafés, theaters, parken, pleinen, bibliotheken, waar ben je met jouw dichtnetwerk niet neergestreken? En altijd weer vooraf met iedereen in overleg… Daarna boeken redigeren, publiceren, tekst en uitleg geven aan wie in die mooie bundels niet werd opgenomen… Ja, Fred, dat koninklijke erelint is goed terecht gekomen! |
Fred Penninga. Foto: Leo Mesman
17 november 2017: 100 jaar Gemeentelijke Begraafplaats Zeist.
Toen ik werd uitgenodigd om bij dit jubileum een gedicht te schrijven, ging die uitnodiging vergezeld van de woorden: “wij gaan de begraafplaats vieren…” Net als waarschijnlijk bij u, struikelden ook mijn gedachten over het woord “vieren”. Nu niet meteen een begrip dat bij je opkomt als je aan een begraafplaats denkt. De taal begon te schuren… maar ja, “herdenken” gaat ook niet – dan hadden we deze begraafplaats-zélf 100 geleden moeten begraven… dan hadden we nu inderdaad iets te herdenken gehad. Ziet u het voor u: een begraafplaats begraven…? Daarna het hek achter ons dicht en… doei! Dat beeld riep weer een andere associatie bij mij op: mijn vrouw en ik hebben een paar jaar geleden een zomervakantie in de Baltische Staten doorgebracht. Zeer aan te bevelen, maar daar gaat het hier niet om. In een kerk in Talinn stonden wij bij een oude grafsteen waarop een levensgroot geraamte was uitgehouwen… want in Talinn hebben ze in de Middeleeuwen voor de zekerheid ook maar de Dood begraven… De taal schuurt: een levensgroot geraamte…? Kun je dan niet beter zeggen: een doodsgroot geraamte? Ja, de taal schuurt bij zo’n 100-jarige – de taal schuurde de vorige week zelfs in de Zeister Nieuwsbode: in een artikel werd dit jubileum aangekondigd onder de krantenkop “Feest begraafplaats”… Ik zag ons op verzoek van wethouder Fluitman al zingen: “Lang zal die leven.. “. Kortom, u begrijpt, ik heb het geen eenvoudige opdracht gevonden om deze jarige in een gedicht toe te zingen… hieronder mijn poging:
Honderd jaar afscheid
Bij de viering van het 100-jarig bestaan
van de Gemeentelijke Begraafplaats Zeist
op 17 november 2017
Zo rusten zacht en in vrede
- begraven, bijgezet, uitgestrooid -
onze dierbare, innig geliefde, zorgzame
en onvergetelijke
man, vrouw, vader, moeder
oma, opa, overgrootouders
broer, zuster, behuwd zuster
kind en doodgeboren kind
voor altijd samen
onder boom en blad en mos en steen
en over dekens van dennennaalden
rennen al honderd jaar mieren
aan een van ons mag niets ontbreken
een ander is van zonden vrij
of in de Heer ontslapen
een derde is op de rechterzij gelegd
gericht naar het Oosten
een vierde ligt er zonder zichtbare wens
en tussen mansoor en vrouwenmantel
huppelen al honderd jaar konijnen
voorgoed uit ons midden
maar blijvend in onze gedachten
ieder die ons dierbaar is
totdat wijzelf worden bezorgd
en ook over ons de merels vliegen
zoals zij nu al honderd jaren doen
28 september 2017 - Bij de onthulling van de totempaaldieren in Kerckebosch.
De wijk Kerckebosch krijgt een 'complete make-over': veel flats waren verouderd - renovatie of vervanging was nodig. De Gemeente wilde bovendien een meer 'gemengde' wijk. Van de 700 sociale huurwoningen zijn er 300 verdwenen en de rest is vernieuwd. Mensen met geld kregen de gelegenheid al dan niet 'onder architectuur' te bouwen. De veranderende bewoners-samenstelling valt nog niet voor iedereen mee. Om meer 'verbinding' te krijgen zijn er verschillende projecten. O.a. zijn er bij de (vooral lagere) scholen rond het wijkcentrum Binnenbos uniforme en toch verschillende totempalen geplaatst met bovenop dieren die in de ex-bosrijke wijk voorkomen. Of ik bij de onthulling een gedicht wilde schrijven. Hierbij: De dieren van Kerckebosch Op een mooie middag in het Binnenbos nam Eekhoorn een kopje eikeltjesthee. Naast hem zat zijn nieuwe buurman Vos, die dronk gezellig een kop met hem mee. Ze hadden ‘t over het Kerckebosch: was dit nu wel, of was dit nu wee? Want de dieren zaten goed in hun vel, maar… waren de mensen net zo tevree? Buurman Uil kwam binnen en schoof aan; hij luisterde even naar het pratende stel en zei: ‘De wijk is flink op de schop gegaan, dat ging veel mensen een beetje te snel… ‘ Voor Kikker, die stil zat te lezen, was dit ‘t sein om z’n keel te schrapen. Hij kwaakte: ‘Heren, verandering is nooit voor iedereen fijn – dat heb ik als dikkopje zelf moeten leren!’ De Eekhoorn, de Kikker, de Uil en de Vos betaalden hun drankjes en liepen naar buiten; daar zat op een tak in een nieuw Kerckebosch vriend Kraai heel vals en treurig te fluiten. ‘Wat doe je toch, Kraai?’, vroegen de dieren. ‘Ach, alles moet nieuw, dus ook mijn gekras…’ zei hij bedroefd. ‘Nou… als je ons wilt plezieren: kras dan maar gauw, zoals jouw kras altijd was!’ En zo gingen vijf vrienden tezamen de wijk in met een hand in een poot en een poot in een vlerk; ze zagen de mensen er wonen: armen en rijken en vonden een bibberend Hertje achter een berk. Het fluisterde: ’Mensen? Die doen soms zó raar… Wíj leven hier samen tussen struiken en dennen, maar zij wonen binnen en meestal apart van elkaar: hoe kunnen ze wennen, zonder de ander te kennen? Zo stonden zes dieren heel diep in gedachten… en hoorden gekrabbel uit het hol naast de boom: daar kwam Konijn. Hij zei: ‘Waarop nog wachten? Bel aan… en maak ze wakker voor onze droom!’ Dus gingen de dieren op pad langs de huizen en belden met hun verhaal bij iedereen aan: wie open deed stond met z’n oren te suizen. Nu wachten de dieren op hoe het verder zal gaan... |
Op onderstaande foto staan we bij de Vos (ingang Chr. College Zeist). Op de achtergrond, rechts van de totempaal, het wijkcentrum Binnenbos. AD Regio - 29 september 2017 - (foto Mel Boas):
Totempalen wijzen de weg in Zeister wijk Kerckebosch. De vernieuwde wijk Kerckebosch in Zeist beschikt vanaf vandaag over zeven totempalen met een eigen dier en kleur. Dit zijn niet alleen wegwijzers die een bepaalde functie in de wijk markeren, maar geven de openbare ruimte ook een identiteit. |
9 september 2017 - Dag van de Democratie...
Stemhokje Voor 9 september en alle andere Dagen van de Democratie. In al die voorafgaande weken passeren al die partijen en al die personen in al die kranten en op al die zenders waaruit ik in alle vrijheid kiezen mag en voor het stemlokaal staan geen soldaten Op het stembureau verscheurt niemand mijn oproepkaart of mijn identiteitsbewijs Ik mag in mijn eentje het stemhokje in en ik open het stembiljet waarop inderdaad ook al die partijen en personen staan Er is niemand anders dan ikzelf die mijn rode potlood vasthoudt en niemand controleert mijn keuze voor ik het stembiljet in de bus deponeer Mijn stem wordt niet weggegooid mijn stem telt mee |
Tijdens de Gemeenteraadsverkiezingen op 21 maart 2018 hing dit gedichtje in alle stemlokalen van de Gemeente Zeist. De foto hierboven is van Christel Verhoeven, die het zag hangen in het rijdende stemlokaal op Belcour, centrum Zeist.
|
15 juli 2017 - bij de heropening van het Marktplein.
Jouw plein Je mag op mij een ijsje eten met je kind, op een van mijn terrassen zitten, jouw zorgen delen met een vriend: Ik ben jouw plein, ik zal je dragen Je mag op mij voorzichtig fruit betasten, aan mooie stoffen voelen op de markt; een bovenbuur begroeten bij een kraam: Ik ben jouw plein, ik zal je dragen Je mag op mij om mensen huilen, lachen, luisteren naar hun kabbelende stemmenzee; je mag dansen, hinken, rechtop lopen, krom: ik ben jouw plein, ik zal je dragen Je mag op mij naar donkere luchten staren of de schaduw zoeken onder een plataan, op mij jouw weg hervinden in de nacht: ik ben jouw plein, ik zal je dragen Wat je ook op mij wilt doen of laten, zeggen of verzwijgen… met al mijn klinkers ben ik alleen voor jou hier uitgelegd: ik ben jouw plein, ik wil je dragen… |
1 Juni 2017: heropening Bij Johannes.
Welkom bij Johannes
Welkom bij Johannes in de Montaubanstraat
In de Montaubanstraat
Wij staan voor u klaar
Ja, wij staan voor u klaar…
Wij staan voor u klaar, wij staan voor u klaar!
Kom gezellig zitten in ons restaurant
Ons restaurant voor u
Bij Johannes, bij Johannes, in ons restaurant (2x)
Met lunch, cadeau & kunst; met lunch, cadeau & kunst
Neem al je vrienden mee!
Neem al je vrienden mee! Al je vrienden mee!
Wij koken en bakken alles zelf
Alles zelf… voor u!
Kom maar binnen, ga maar zitten, schuif je stoel maar aan! (2x)
Bij Johannes, bij Johannes, in ons restaurant (2x)
Met lunch, cadeau & kunst; met lunch, cadeau & kunst
Neem al je vrienden mee!
Neem al je vrienden mee! Al je vrienden mee!
We maken uw cadeautjes in ons atelier
Ons atelier voor u
Schilderijen, kopjes, borden, zoek maar lekker uit! (2x)
Kom maar binnen, ga maar zitten, schuif je stoel maar aan! (2x)
Bij Johannes, bij Johannes, in ons restaurant (2x)
Met lunch, cadeau & kunst; met lunch, cadeau & kunst
Neem al je vrienden mee!
Neem al je vrienden mee! Al je vrienden mee!
Welkom bij Johannes in de Montaubanstraat
In de Montaubanstraat
Wij staan voor u klaar
Ja, wij staan voor u klaar, ja…
Wij staan voor u klaar, wij staan voor u klaar!
De (vernieuwde) Beeldenroute van Zeist. Of ik daar een gedicht bij wilde maken dat: a) kort was, b) toegankelijk voor een breed publiek en c) uitnodigde om naar de beelden te kijken... |
Onderstaand filmpje is overgenomen van blog Zeistinbeeld, met dank aan Mel Boas. |
Onbewogen Beeldenroute Zeist, 2017 fietsers rijden je voorbij wandelaars praten langs je heen kinderen klimmen op je vogels schijten je onder je verroest je verweert en ondertussen sta je daar al die tijd jezelf te zijn je verbeeldt je niets: dat doen wij |
|
Mei 2017 Stadsgedicht voor iemand (nou ja, iemand?) die zich als vrijwilliger vooral heeft ingezet voor mensen die in Zeist onder de armoedegrens leven (ongeveer een kwart van onze prachtige gemeente...). De Hulpkas mede opgericht, bestuurslid en voorzitter van de Rechtswinkel, Voedselbank opgericht en de St. Leerkansen (voor kinderen van ouders die onvoldoende geld hebben om hen goed mee te laten doen op school...)... Groot liefhebber van madrigalen: middeleeuwse liedkunst, gericht op harmonie en waarvan de bastonen in cijfers werden aangegeven... Zijn vrijwilligerswerk lijkt dezelfde uitgangspunten te hebben: gericht op harmonie (in de samenleving) en voorzien van een solide financiële (cijfers) onderbouwing... Iemand moet het doen Voor Graas Teuben, bij zijn afscheid op 18 mei 2017. voelen hoe de aarde scheurt onder Zeist; hoe de kloof langs het minimum loopt en zien dat de grond is weggezakt onder een enkeling, of een heel gezin en dat domweg niet accepteren, nee, even geen loflied, maar aan de slag en beseffen dat je dit niet alleen, nee, dat méér iemanden het moeten doen daarom rijk en arm de hand reiken, over breuken stappen, mensen verzamelen rond het recht op eten, op mogen leren, op recht en op het recht op elkaar hen brengen in proeftuinen voor harmonie op een grond van berekende tonen en dan van niemand niets verwachten: ja, iemand moet dit doen… |
Foto uit De Nieuwsbode van 24 mei 2017:
|
April 2017
De uitdaging was van mijn collega-dichter Gerard Beentjes: "Zeist heeft in haar geschiedenis zelf ook een bootvluchteling! Daar moet je als Stadsdichter toch iets mee kunnen doen?" Eerst had ik dit gedicht opgedragen aan 4 en 5 mei... maar de landelijke (en jaarlijkse) discussie over wie er die dagen wel en niet herdacht mogen worden, gaat volledig aan de strekking van dit gedicht voorbij... het gedicht gaat immers meer over de vluchtelingenproblematiek dan over de Tweede Wereldoorlog? Dit betekent ook dat ik de term 'detentiekamp' weer teruggebracht heb naar 'detentiecentrum'... zelfs de paus werd in 2017 op z'n vingers getikt omdat hij de opvangcentra in Griekenland met concentratiekampen vergeleek... en mijn aanpassing doet aan de strekking niets af... (overigens hebben we het in Zeist nog steeds over 'Het kamp van Zeist...'). Onderstaande foto is uit het archief van www.wakezeist.nl: |
Wake bij Zeist Voor 20 juni - Wereldvluchtelingendag Denkend aan Holland zie ik een detentiecentrum voor wie op de vlucht niet is verdronken, zoals Hendrik Marsman uit onze eigen Dorpsstraat vluchtend voor de Nazi’s verdronk in Het Kanaal Denkend aan Holland zie ik een detentiecentrum voor wie terug moet naar z’n eigen Dorpsstraat in het Midden-Oosten om daar te dichten: “Ik ben in levensgevaar helaas niet doodgegaan…” Denkend aan Holland zie ik een detentiecentrum voor wie achter haar poort niet alleen ons land vreest... |
Bij de opening van de expositie ‘In levende lijnen’
van Astrid Gertrud
in het Beauforthuis te Austerlitz op 17 maart 2017:
Drieluik voor Astrid
het ligt op het puntje van je kwast en komt op de tast tot levende lijnen je bent zelf als eerste verrast: vroedvrouw van wat er wilde verschijnen waar jouw behoedzaam penseel is geland begint het bewegen - een kür op het doek: afsprong, rotatie, een ritmisch verband gaat dansend naar kleuren op zoek en wij staan voor durende beelden waarin kijken geen stilstand herkent: verleidelijke partituren van een oogdirigent |
|
Zeist zoekt dichter
(bij mijn aanstelling)
het is arm en rijk en ontzuilt zich traag
het noemt zich Zeist en heeft een vraag:
ik wil voor mijn cultuur (die het al eeuwen heeft)
een stem die mij in haar het leven geeft
dus vraag ik jou: wil jij op deze grens van Rug en Rijn
voor mij - jouw stadse dorp - de dichter zijn?
in ruil ben ik jouw muze - vol verwachting hopend
op een vers dat mij met liefde opent
(en voorzichtig stem ik mij in een akkoord,
want wie - als zij - gelooft mij op mijn woord?)
(bij mijn aanstelling)
het is arm en rijk en ontzuilt zich traag
het noemt zich Zeist en heeft een vraag:
ik wil voor mijn cultuur (die het al eeuwen heeft)
een stem die mij in haar het leven geeft
dus vraag ik jou: wil jij op deze grens van Rug en Rijn
voor mij - jouw stadse dorp - de dichter zijn?
in ruil ben ik jouw muze - vol verwachting hopend
op een vers dat mij met liefde opent
(en voorzichtig stem ik mij in een akkoord,
want wie - als zij - gelooft mij op mijn woord?)
Film: Mel Boas
Hoe ik langzaam een mantel aantrek
Ter gelegenheid van het zorg-ontbijt in Wijkcentrum De Koppeling op 30 mei 2016 met cliënten, vrijwilligers en professionals in de Zorg. ik kom op de koffie ik kom een keertje extra langs ik kom nog vaker ik zeg: zal ik de koffie zetten? dan neem ik ook de koekjes mee en begin wat op te ruimen ik ga de was doen en ik krijg een pinpas in beheer… ik wil overleggen - vooral met anderen: hoe moet ik verder? wie doet wat? toch worden ook verdeelde taken zwaarder en komt er een kastje naast de voordeur met een code voor de sleutel voor de zorg het is niet genoeg - ook buiten rooster blijkt een heup te kunnen breken en wat doe ik dan: blijf ik slapen? heb ik wel genoeg vakantiedagen? zo wordt een kleine vraag - hoever zorg ik? - steeds groter: hoeveel mantel kan ik dragen? |
Foto: Mel Boas
|
Dit mantelzorggedicht werd in september 2018 ook gepubliceerd in een boek voor mantelzorgers bij uitgeverij KokBoekencentrum, Utrecht:
Johan Montauban, Meester-Timmerman
Bij de heropening van de kruising Utrechtseweg – Montaubanstraat op 2 juni 2016. Je was twaalf en je kwam wonen aan de Muscoviterseheuvelsteeg, enkele huizen langs een zandpad in een wereld die te voet ging. je zag af en toe een paard en wagen een hondenkar en de eerste loopfiets op houten wielen, geen banden, geen remmen, geen pedalen, geen licht - om de hoek, aan de Utrechtseweg kon je wachten op de diligence en ’s avonds gingen gaslantaarns aan je groeide uit tot Meester-Timmerman en renoveerde zelfs de Oude Kerk - de Muscoviterseheuvelsteeg werd in de mond van Zeist ‘de Steeg van Montauban’ oh, Johan Montauban Meester-Timmerman jij zag, jij zag wat wij niet zien behalve dan de Oude Kerk op jouw zandpad ligt ons asfalt en wij herschikken onze wegen wij frezen het wegdek en even ligt jouw oude pad weer bloot de rijstrook wordt verlegd en krijgt nieuw asfalt en belijning - hoe leggen wij jou een verkeerslicht uit en al die opstelruimtes voor fietsen met luchtbanden, remmen, pedalen en elektrisch licht…? oh, Johan Montauban Meester-Timmerman wij zien, wij zien wat jij niet zag behalve dan de Oude Kerk |
Opgedragen
Voorgedragen bij de opening van de tentoonstelling 'Vluchtelingen 10 jaar later' aan de 1ste Hogeweg op 8 oktober 2016 aan de dag waarop alleen onze huidkleur verschilt verder is alles gemeenschappelijk: ons verleden onze zorgen ons dagelijks brood ons land en als we uitrusten kijken we elkaar aan: jij zwart en ik wit en we kijken zonder schaamte zonder schuld en vooral zonder angst omdat ook buiten onze ogen niemand zich bedreigd voelt door de rust tussen ons |
Dit gedicht hangt ook aan een buitenmuur van het huis van beeldend kunstenares Ann Hoogendoorn in Ooij, in de Ooijpolder bij Nijmegen... |
In Memoriam het Tunneltje, oktober 2016.
Tunnelvisie
Bij de sloop van het verkeerstunneltje dat onder het Emmaplein door liep, oktober 2016 we waren voor en tegen toen je kwam we waren voor en tegen toen je er was we zijn voor en tegen nu je gaat maar voor of tegen we gingen door je heen met alleen de neuzen van onze auto’s dezelfde kant op dus ga je weer want ieder wil een auto en niemand wil verkeer dat wordt jou missen min of meer of min én meer of meer en meer of minder meer of… |
Sinds september 2017 is 'Tunnelvisie' geplaatst op de muur van het Openbaar Toilet tegenover de ingang van de bibliotheek Zeist... in memoriam het tunneltje...
|
Een in- en uitloophuis
Voor het Wijkinloophuis Kerckebosch, Kerst 2016
Het heeft geen stal,
er is geen os of ezel
en er is geen kribbe waarin een baby ligt
(ook ontbreken er een jonge vent met baard
en een meisje in een blauwe jas),
en je mag naar binnen
zonder uitnodiging van een engel:
het maakt niet uit of jij
je schaapjes op het droge hebt, of niet;
het is evenmin verplicht om wijs te zijn
of om uit het Oosten te komen;
je hoeft ook niet eerst op een ster te wachten
en er wordt geen ander cadeau van jou verwacht
dan aandacht voor wie er is,
zoals ooit die herders voor dat kind:
ze hadden nauwelijks een idee wie het was
maar ze werden zo blij
dat ze van die stal een uitloophuis maakten,
want de hele buurt moest weten
hoe geweldig het kan zijn
om iemand te ontmoeten
die je daarvoor nog niet kende…
Voorgaand gedicht is door Klaas Wagenaar in het Franekers' stadsfries vertaald:
Gebundelde Stads- en Dorpsdichters uit Nederland en Vlaanderen 2018
+ gebundelde Poëziewedstrijd Stadsgedichten!
Van mij werden opgenomen:
- Onbewogen
- Stemhokje
+ gebundelde Poëziewedstrijd Stadsgedichten!
Van mij werden opgenomen:
- Onbewogen
- Stemhokje
Groepsfoto tijdens het 14de Stadsdichterfestival op 1 september 2018 in Lelystad...